De oorsprong van de wijn
Madeira en Porto Santo dienden vroeger als tussenstop om de kolonies in Amerika, Oost-Indië of Afrika te bereiken. Daar werden de voorraden aangevuld. De wijn werd in vaten op de schepen geladen en zo stak ook de Madeira wijn de evenaar over. Door de hitte in de buik van het schip, karameliseerde de suiker en smaakte de wijn totaal anders dan die op het eiland.
Zo is in de loop van de tijd de gewoonte ontstaan om de schepen met extra vaten Madeira te laden om ze na twee keer de evenaar te hebben overgestoken terug te brengen naar Madeira of om ze aan de Engelsen te verkopen. De term TVE, Torna Viagem, betekende Oost-Indië en terug. Op sommige van de oude flessen wordt deze term tegenwoordig nog gebruikt.
De gewoonte van de Oost-Indische reis werd geleidelijk aan vervangen door zogenaamde Estufas of Hothouses. Dit zijn wijnpakhuizen waar de vaten worden blootgesteld aan de hitte van de zon onder golfplaten daken. Op deze manier wordt de hitte in de scheepsbuiken gesimuleerd. Het effect is hetzelfde. Zo zijn er in de loop van de eeuwen verschillende wijnhuizen op Madeira ontstaan. Totdat er twee belangrijke druivenziektes opdoken: de meeldauw en de druifluis. Verwoestende ziektes die de oogst deden mislukken. Het duurde bijna een eeuw om hiervan te herstellen en het aantal wijnbouwers en handelshuizen daalde snel. Enkele van hen hebben later hun krachten gebundeld, zoals de Madeira Wine Company om betrouwbare wijnen te produceren en een stabiele markt te herwinnen.
Helaas werd voor de meeste Madeira wijn niet meer dezelfde manier productiemethode gebruikt. De broeikassen werden vervangen door Cuba des Calors. Cuba des Calors zijn zogenaamde kachels, meer bepaald verwarmingsbuizen die als een spiraal in het midden van de grote reservoirs staan of de reservoirs als een jas omsluiten. Ze verwarmen de wijn tot ongeveer veertig of vijftig graden voor een periode van drie tot zes maanden.
Een wat mildere methode is de “amarezens” van de Calor, de wijn wordt opgeslagen in vaten van 600 liter en wordt zes tot twaalf maanden bewaard in verwarmde ruimtes bij 35°C to 40°C. Voor wijnen van hoge kwaliteit wordt echter nog steeds de Vinho Canteiro-methode gebruikt, de Hothouses, waarbij gebruik wordt gemaakt van de natuurlijke verwarming overdag en een natuurlijke koeling ’s nachts. Er zijn nog enkele wijnmakers die hun speciale wijnvaten op een reis rond de wereld sturen om de oorspronkelijke smaak te krijgen.
De druivensoort voor Madeira wijnen
Sinds de herbeplanting van de wijngaarden op Madeira is de Tinta Negra Mole gekozen als meest gecultiveerde druivensoort. Het is een rode druivensoort die veel oplevert. Toch blijven de meest nobele druivensoorten vier witte rassen: Sercial, Verdelho, Boal en Malvasia. Ze leveren wijn op van droog tot halfdroog, en van halfzoet tot zoet.
Kwaliteitsaanduidingen
Naast de druivenrassen zijn er enkele kwaliteitsaanduidingen die verwijzen naar het rijpingsproces van de Madeira wijn. Na de verwarming gelden de volgende kwaliteitsaanduidingen:
- Finest is drie jaar oude Madeira wijn en meestal afkomstig van de druivensoort Negra Mole
- Malvasia is 40 jaar
- Reserve is vijf jaar oud en overwegend geperst van edele druivensoorten
- Special reserve is tien jaar
- Extra reserve is vijftien, twintig, dertig, veertig of vijftig jaar oud
- Colheita is minimaal vijf jaar rijping en maximaal twintig jaar
- Frasqueira Vintage Madeira wijn heeft minimaal twintig jaar vatrijping gehad en twee jaar rijping op fles
Een van de namen is “Rainwater” dat de achtergrond heeft bij het feit dat sommige vaten die in Virginia aankwamen niet helemaal dicht waren en dat er regenwater tegenaan liep. Zo werd de Madeira verdund en leek het lichter en frisser. Tegenwoordig wordt de wijn niet meer gemengd met regenwater, maar is er een lichte versie van de Tinta Negra of de Verdelho van maximaal vijf jaar oud.